Klok afwijking
In de tachograaf zit een chip, verbonden aan een tijdskristal dat zorgt voor de interne tijdregistratie. Bij productie wordt de UTC tijd in de tachograaf geprogrammeerd.
De bestuurder corrigeert de tijd:
Het komt weliswaar zelden voor, maar het kan dat de tijd van het apparaat "verloopt". Vaak wordt dit al door de chauffeur opgemerkt en kan de tijd 1x per week met 1 minuut worden bijgesteld (+1 of -1 minuut).
De werkplaats corrigeert de tijd:
Mocht de afwijking meer zijn dan 1 minuut, dan kan dit alleen door een werkplaats worden aangepast. Is de totale afwijking meer dan 20 minuten bij Generatie 1-tachografen of meer dan 5 minuten bij Generatie 2-tachografen, dan dient het voertuig zelfs opnieuw te worden geijkt. Analyse dient uitgevoerd te worden of de tachograaf defect is (te grote tijdafwijking in een te korte tijd).
Hoeveel mag de klok van de tachograaf afwijken per dag
De wetgeving specificeert de volgende maximale afwijkingen:
- maximaal 20 minuten bij Generatie 1-tachografen en bij de eerste versie Generatie 2 slimme tachograaf
(Let op: in Nederland geldt een maximale afwijking van 5 minuten voor alle slimme tachografen) - maximaal 5 minuten bij de tweede versie slimme tachograaf
Slimme Tachograaf en tijdssynchroniatie
Met de invoering van de slimme tachograaf wordt er gebruik gemaakt van GNSS / OSNMA. Als de slimme tachograaf een tijdafwijking constateert zal deze de interne UTC tijd corrigeren met de door de satelliet doorgegeven tijdstempel. De tachograaf zal eerst in het foutgeheugen de klokafwijking registreren voordat hij automatisch de interne klok bijstelt. Voor de chip zelf is de specificatie tot op een honderste van een seconde nauwkeurig. Het gebeurt daarom zelden dat er een tijdafwijking is van 5 minuten. Nauwkeurigheid is vereist, omdat positieauthenticatie gepaard gaat met een tijdstempel die gecontroleerd wordt door de tachograaf. Een te grote afwijking in tijd zal leiden tot authenticatie-foutmeldingen, of erger, kan geïnterpreteerd worden als positiemanipulatie.